Sint-Andries kwartier herleeft

4e wijk - Antwerpen

Augustijnenstraat

Deze straat werd geopend in de 16de eeuw op de gronden van het oude klooster van de Saksische Augustijnen.De Eremijten van de Heilige Augustinus vormden een bedelende orde. Twee aanzienlijke burgers Joost Hoens en Marcus Mussche lieten broeders komen om een klooster te stichten. Ze gaven die monniken een huis en een hof, achter de Munt, dat zich uitstrekte van aan de Boeksteeg ( de huidige Nationalestraat ) tot aan de Riddersstraat. Deze Augustijnermonniken hielden zich onmiddellijk bezig met de bouw van een kapel die gebouwd werd ter ere van de Heilige Drievuldigheid. Ze werd geopend op 28 augustus 1513. Al spoedig bleek deze kapel te klein en begonnen ze een nieuwe en een grotere kerk te bouwen.
In 1519, twee jaar nadat Luther in opstand kwam tegen Rome, aanvaardden de Augustijnen de nieuwe leerstelsels. Korte tijd nadien werden de monniken aangehouden voor hun ketterij en men verjoeg ze uit hun verblijf. Men sloot ook hun kerk op 6 oktober 1522. Op bevel van de magistraat werden de altaren omver geworpen, de klokken weggenomen en de poorten en de vensters toegemetseld De meubelen werden openbaar verkocht. Met het geld van de verkoop kon Plantin de prachtige Gutenbergbijbel kopen die nu nog te bewonderen is in het Plantin-Moretusmuseum op de Vrijdagmarkt. Twee Augustijnen werden levend verbrand. Luther beschouwde hen als eerste martelaars van zijn leer.
Het schepencollege nam in 1523 het initiatief om de kerk te laten dienen voor een nieuwe parochie. Paus Adrianus VI stemde hierin toe. De landvoogdes Margaretha van Oostenrijk gebruikte haar invloed op de schepenen om de werken aan de nieuwe kerk zo spoedig mogelijk te laten beginnen. De Sint-Michielsabdij zag van haar rechten af en de dekenij gaf de toestemming om de grenzen van de nieuwe parochie vast te leggen.
De nieuwe kerk werd op 6 juni 1529 ingewijd. Door de giften van de gelovigen en de toelage van de stad kon de kerk worden vergroot. Ze kreeg een toren, die men bekroonde met het beeld van de Heilige Andreas. In 1559 werd deze toren door de stad voorzien van klokken, van een horloge en een beiaard. Als kunstwerken van de kerk vernoemen we het monumentale hoogaltaar, het praalgraf van twee eredames van Mary Stewart, het beeld en de zilveren relikwiehouder van Onze-Lieve-Vrouw van Peys en Vrede en natuurlijk de beroemde preekstoel.
Twee schilders uit het geslacht Francken ( hun naam werd gegeven aan de
Franckenstraat ) woonden in de Augustijnenstraat : Ambrosius in nr. 29 en Frans
in nr. 23. Van Frans Francken hangt nu nog het schilderij “ De kruisiging van
Christus “ in de Sint-Andrieskerk.


© 2007 Sint-Andries kwartier herleeft, last edit 05/20/2007